Sonja Ouwerkerk, HKV
EcoShape project
Sonja Ouwerkerk van HKV geeft een toelichting op het 4-jarige EcoShape project ‘Hondsbossche Duinen’, dat recent is afgerond. Het onderzoek richtte zich op drie hoofdthema’s in het ‘droge deel’ van de kustzone: de voorspelbaarheid van habitatontwikkeling, de ontwikkeling van de geometrie en de beleving. Onderzoekers vanuit diverse disciplines werkten samen om kennis en ervaring te verzamelen en te valideren.
Belangrijkste lessen van de afgelopen 4 jaar
- Er was een gemiddelde netto duinaangroei(boven het NAP + 3 m) van 33 m3 per meter per jaar. Dit komt overeen met de verwachting. Verwacht wordtdat de aanzanding zal afnemen door een vermindering van het sedimentaanbod. De mate van aanzanding is vooral afhankelijk van de beschikbaarheid van zand en de oriëntatie van strand/duinen. De lokale geometrie is minder van invloed.
- Met de kennis van nu (en uitgaande van een meegroeiende onderwateroever) lijkt de eolische depositie voldoende te zijn om een zeespiegelstijging van 1 meter per eeuw te compenseren (natuurlijke veiligheid door meegroei). In grove lijnen zie je erosie van oever en strand en accumulatie van de duinen. De strandbreedte neemt daardoor af (vooral in het zuiden en het minst in het midden).Daarbij accumuleert 70% van het zand aan de zeewaartse kant en 25-30% op de kruin. Er stuift dus maar weinig zand over de dijk heen. In combinatie met stuifbeperkende maatregelen is de stuifoverlast voor bewoners daarom beperkt. Wel trad er in de aanlegfase tijdelijk stuifoverlast op. Nu zijn de meeste mensen enthousiast!
- Niet-mechanisch schoonmaken van het strand zorgt voor de snelle ontwikkeling van embryonale duinen (binnen 2 jaar). Een laag niveau van recreatie en natuurontwikkeling blijken goed samen gaan.
- De aanleg van ‘luwe laagtes’ zorgt voor erosie en sedimentatie in de zeereep. Hoe dichter bij zee: hoe meer dynamiek.
- Er zijn condities gecreëerd voor de ontwikkeling van Natura 2000-habitattypen, zoals grijs duin en vochtige vallei. Het gebied heeft hiervoor de potentie, maar er is meer tijd nodig om te concluderen of voorspelde habitattypen ook daadwerkelijk gerealiseerd worden.
- Een deel van de beoogde plant- en diersoorten is nog niet aanwezig. Dat roept de vraag op of je beheermaatregelen moet nemen of de tijd zijn werk moet laten doen. Hierin zijn twee stromingen; de deelnemers van de workshop zijn in het algemeen voor ‘’niet ingrijpen en geduld hebben.’’
- Je kunt kosten besparen en natuurwaarden stimuleren via ‘adaptief beheer’. Bijvoorbeeld eerst weinig helm planten en kijken wat er gebeurt en indien nodig meer planten. ‘’Helm is groen beton’’ en belemmert de dynamiek.